Kabinet verlengt noodpakket voor Caribisch Nederland
Het kabinet heeft vandaag besloten om het noodpakket voor inwoners en bedrijven op Bonaire, Sint-Eustatius en Saba, vanwege het coronavirus, met vier maanden te verlengen tot 12 oktober. Inwoners en bedrijven op Bonaire, Sint Eustatius en Saba zijn onderdeel van Nederland en kunnen daarom van vergelijkbare maatregelen, zoals ook in Europees Nederland getroffenen, gebruik maken.
De coronacrisis heeft een enorme impact op de samenleving van Caribisch Nederland. In termen van gezondheid zijn de eilanden tot nu toe goeddeels gevrijwaard gebleven van het coronavirus. In economische zin zijn Bonaire, Sint Eustatius en Saba zwaar getroffen. De toeristische sector waar een groot deel van de economie op drijft, is tot stilstand gekomen.
Het kabinet voegt naast al bestaande maatregelen ook enkele nieuwe maatregelen toe. Zo is er onder meer de tijdelijke loondervingsregeling, wordt de tijdelijke regeling tegemoetkoming voor vaste lasten uitgebreid (tot een maximum van 50.000 euro voor bedrijven) en wordt tijdelijk de KCC-regeling (Klein Krediet Corona-regeling) toegevoegd voor kleine ondernemers. Daarnaast stelt het kabinet 1,3 miljoen euro beschikbaar zodat de openbare lichamen burgers en bedrijven die dat nodig hebben aanvullend tegemoet kunnen komen vanuit eilandelijk beleid.
Dit tweede noodpakket is vandaag namens de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de bewindspersonen van Economische Zaken en Klimaat, de bewindspersonen van Financiën, de minister van Infrastructuur en Waterstaat en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid naar de Tweede Kamer gestuurd. Staatssecretaris Raymond Knops laat namens het kabinet weten:
“Met deze verlenging beschermen we ook de komende periode banen en inkomens door getroffen bedrijven en zelfstandigen te ondersteunen. Er komen lastige tijden aan, waar veel van de samenleving zal worden gevraagd. Tegelijkertijd is het kabinet ervan overtuigd dat ook in deze crisis de veerkracht van de eilanden ervoor zal zorgen dat we hier samen, overheid en samenleving aan beide kanten van de oceaan, uit zullen komen.”